Spannend!  Je hebt besloten opzoek te gaan naar een nieuwe levensgezel en beste vriend.

Let op de volgende dingen

1. De gezondheid en het gedrag van de pup en zijn nestgenoten.
2. De aanwezigheid en het gedrag van de moederhond, en de documentatie (chip, paspoort, vaccinaties). 
3. Zorg dat de pup minimaal 8/9 weken oud is (of 15 weken voor pups uit het buitenland), gechipt, geregistreerd en gevaccineerd is, en dat er een EU-paspoort is. 
4. Onderzoek ook goed welk ras bij jouw levensstijl past. Lees je in op de gezondheidsrisicos voor dit ras.
5. Check of de ouder dieren getest zijn op erfelijke aandoening. (HD, ED, DM, erfelijke oogziekten)
6. Let goed op het gevoel wat je hebt bij de fokker en de situatie (een pup die op straat wordt afgegeven of thuisgebracht is een NO! Een moederhond die niet aanwezig is, ook een NO!

Bij het uitzoeken van voer voor de kat moet je eerst kiezen wat bij jou en je dier past. Vers/KVV vlees of Brokjes.

KVV/Natvoer: Bevat meer vocht, wat gunstig is voor katten met nierproblemen en vaak beter verteerbaar is voor oudere katten.

Droogvoer: Gemakkelijker te bewaren en kan de hele dag worden aangeboden. 

1. Vermijd veel vulstoffen zoals granen en kunstmatige toevoegingen. 
2. Stem het voer af op de leeftijd en activiteitsniveau van de kat, en let op specifieke voedingsbehoeften. 

Het korte antwoord is:  Ja waarschijnlijk wel

Op het moment dat wij als eigenaar ons afvraen of ons dier pijn of ongemak heeft is dat waarschijnlijk ook zo. We vragen ons dit namelijk vaak niet voor niets af. Meestal hebben we een (soms onbewust) een kleine verandering in gedrag opgemerkt die maakt dat we ons deze vraag stellen. Dieren zijn er enorm goed in om pijn of ongemak te maskeren.  Dus een kleine verandering kan al een indicatie zijn van ongemak.

Let op de volgende dingen;

1. Verandering van gedrag

Minder sociaal: Terugtrekken, minder contact zoeken of juist extreem aanhankelijk worden. 

Verandering in humeur: Lusteloosheid, depressieve indruk, minder speels of prikkelbaar worden naar mensen of andere dieren.

Janken, grommen, piepen of kreunen, vooral bij aanraken of bewegen. 

2. Houding en beweging

Veranderde houding: Hoofd laag houden, lopen met gebogen rug of maken van kleinere stapjes. Ontwijken van bepaalde houdingen zoals zitten of liggen. Bij liggen veel wisselen van lighouding. Steeds gaan zitten op een bil.

Bidt houding bij de hond (buik en voorpoten op de grond, kont in de lucht) kan een teken zijn van maagpijn. 

Het zich niet meer goed kunnen wassen bij de kat.

Stijfheid of kreupelheid: Moeite met opstaan, stijve bewegingen, mank lopen, of een poot ontlasten. 

Vermijden van beweging zoals springen, rennen, of weigeren om de trap op te gaan. 

Overmatig likken of bijten aan een specifiek lichaamsdeel kan lokale pijn of irritatie aangeven. 

Overige signalen

Hijgen: Veel hijgen zonder inspanning of warmte kan duiden op ongemak of pijn. 

Eet- en drinkgedrag: 

Meer drinken (agv meer hijgen)

Minder eten of stoppen met eten.

Afvallen zonder duidelijke reden.

Zindelijkheid: een goed zindelijke hond die ineens in huis ongelukjes heeft.

Moeite met plassen en ontlasting. Lopen tijdens de ontlasting.

Puppy's mogen nog niet teveel bewegen.

Dit geldt ook voor honden die herstellen van een operatie of blessure.

Doe het liefst een paar korte wandelingen per dag. 

Bij een pup is richtlijn 5 minuten per levensmaand 

Een gezonde volwassen hond: Minimaal 1,5 tot 2 uur beweging per dag, verdeeld over 3-4 wandelingen.

 Senioren (9+): Kortere wandelingen, zoals 20 minuten per keer.

Belangrijke aandachtspunten

Bouw het rustig op.

Bouw de beweging geleidelijk op om blessures te voorkomen.

Wissel af: Zorg voor variatie in routes en soorten beweging, zoals rennen, zwemmen en snuffelen, om verveling te voorkomen en de hond mentaal te stimuleren.

Observeer je hond: Let goed op de signalen van je hond.

Individuele behoeften: Elk hond is anders, dus pas het schema aan de specifieke persoonlijkheid, gezondheid en conditie van je hond aan.